Bieb uitgekleed, maar in beter passende jas
College vindt het belangrijk dat nevenvestigingen van bieb goed bereikbaar
en zichtbaar zijn in wijken en stadsdelen. 'Daarvoor is geen eigen vastgoed
nodig.'
DOOR BEN
LENSINK
Museum
TwentseWelle en de Openbare Bibliotheek Enschede draaien met z'n tweetjes op
voor de cultuurbezuiniging van 1,2 miljoen euro. Als het aan het college van
burgemeester en wethouders ligt, hebben beide culturele instellingen vanaf 1
januari 2017 elk structureel 600.000 euro minder te besteden.
Ze moeten
uiterlijk 1 december van dit jaar met een plan voor een nieuwe
exploitatie-opzet op de proppen komen. "De bibliotheek houdt 2,6 miljoen
euro subsidie over. Wij vragen: maak daar een vernieuwde bibliotheek van",
vat cultuurwethouder Jeroen Hatenboer samen.
In het
raadsvoorstel over de actualisatie van het Cultuurplan Enschede stelt het
college nadrukkelijk dat de 'vernieuwde' hoofdvestiging van de bieb kan
aanhaken op de plannen voor De Zuidmolen. De 'nieuwe bieb' komt ter hoogte van
de roltrap op de begane grond uit op een fraai nieuw plein in De Zuidmolen.
Daar omheen groeperen zich partners die elkaar door hun raakvlakken alleen maar
versterken.
De
hoofdvestiging van de bieb wordt in de gedachtegang van het college compacter.
Dat schept ruimte voor verhuur aan en medegebruik van commerciële en
niet-commerciële partners. Die moeten passen bij de thema's van
kennisknooppunten als sport, gezondheid, voeding, nieuwe media, koken, muziek,
reizen. Het zou volgens het college helemaal mooi zijn als de verschillende
partners van elkaars diensten gebruik kunnen maken.
"We
prediken samenwerking", roept Hatenboer. Dat geldt zowel voor museum
TwentseWelle, met de partners van Roombeek Cultuurpark, als de bibliotheek.
Vernieuwing van de hoofdvestiging van de bieb met een nieuwe, uitnodigende
ingang naar de (binnen)stad, vergroot de aantrekkingskracht van de bieb, is de
stellige overtuiging van het college.
Wat de
cultuurwethouder betreft hoeven de vijf nevenvestigingen van de bibliotheek in
de stadsdelen absoluut niet te verdwijnen. "Er liggen zeker
mogelijkheden", verkondigt Hatenboer. "De filialen kunnen aanhaken
bij andere wijkvoorzieningen." Als voorbeeld noemt hij in het
raadsvoorstel de Integrale Kindcentra, die in steeds meer wijken ontstaan. Voor
het college is het vooral belangrijk dat de bibliotheekfunctie vooral goed
bereikbaar en zichtbaar is in de wijken en de stadsdelen. Daar is geen 'eigen
vastgoed' voor nodig.
"Daarnaast
kan verbinding met bijvoorbeeld Integrale Kindcentra de invulling van de
bibliotheekfunctie zelf ondersteunen. Denk aan: kennis en informatie, educatie,
leesplezier en de ontmoetingsfunctie", oppert het college. De bieb kan
verder samenwerken met cultuurpartners en instellingen als de Volksuniversiteit
op het gebied van debat en kennismaking met kunst en cultuur.
Wat betreft
het lidmaatschapsgeld, zou de bieb meer prijsverschillen kunnen invoeren.
"Ook hogere inkomensgroepen zijn lid van de bibliotheek en soms
veellezer", aldus B en W.
Hatenboer
komt tot de slotsom dat er ook na de subsidiekorting met 6 ton nog voldoende
mogelijkheden zijn om een volwaardige bibliotheekfunctie voor Enschede te
behouden. Met de aantekening dat de bieb tevens kan doorgaan met de verdere
ontwikkeling tot kennishuis.
Wat Hatenboer
betreft is de bieb nu aan zet. Hij heeft alle begrip voor het verzet tegen en
de teleurstelling over de forse bezuiniging, maar ziet desondanks volop kansen.
"Voorwaarde is wel een fundamentele vernieuwing van de exploitatieopzet.
Centrale vraag: hoe richt je op basis van een subsidie van 2,6 miljoen euro een
bibliotheekfunctie voor Enschede opnieuw in?"
In het
raadsvoorstel benadrukken B en W dat daarbij rekening moet worden gehouden met
tenminste drie van de vijf functies in de nieuwe Bibliotheekwet, die sinds 1
januari dit jaar geldt.
Van belang
is de gidsfunctie van de bieb: het ter beschikking stellen en overdragen van
kennis en informatie. Daarnaast moet de bieb mogelijkheden blijven bieden tot
ontwikking en educatie, waaronder leesbevordering, het voorkomen van
laaggeletterdheid en mediawijsheid. Tot slot: het ontwikkelen van leesplezier
te beginnen bij de jeugd.
'Korten op kleinere instellingen zou een ware kaalslag betekenen'
Wethouder
Jeroen Hatenboer zegt een half jaar intensief bezig te zijn geweest met de
invulling van de cultuurkorting van 1,2 miljoen euro. Er lagen vier scenario's
op tafel voor de zes partijen die in beeld waren: behalve TwentseWelle en
bibliotheek waren dat Wilminktheater, Atak, Kaliber en Concordia. Ook kleinere
podia als De Tor, Villa De Bank, Fotogalerie Objektief, Planet Art, Vestzak en
Dynamo Expo zijn tegen het licht gehouden. Conclusie: daar bezuinigen betekent
dat sommige geheel van het toneel zouden verdwijnen en dat dit in elk geval zou
leiden tot een ware kaalslag aan het culturele front in de stad.
Alle drie
alternatieve scenario's leiden in de ogen van het college tot een 'onwenselijke
aantasting van de culturele infrastructuur en het culturele klimaat in de
stad'. "Juist de kleine subsidies bieden kans aan een veelheid van
verschillende activiteiten: van amateurkunst tot kleine festivals en van
tentoonstellingsruimten tot aan de kleinere popdia", stelt het college.
"De kleinere instellingen zijn van groot belang voor de talentontwikkeling
en voor de bruisende binnenstad." Bezuinigingen zouden alleen maar leiden
tot een kaalslag in de stad, voorspelt het college.
Het
hanteren van de kaasschaafmethode biedt voor Hatenboer ook geen soelaas.
Gelijke verdeling van de pijn over alle grotere instellingen brengt ze allemaal
in financiële problemen. Waarmee Hatenboer niet wil beweren dat TwentseWelle en
de bibliotheek, die nu samen de pijn moeten verdelen, dat moeiteloos zouden
kunnen. Integendeel, ook zij hebben al veel voor de kiezen gehad. Maar door
compacter te worden en andermaal goed en nieuw cultureel ondernemerschap te
tonen, moet het wat de wethouder betreft kunnen lukken. Waar nodig springt de
gemeente bij in de zoektocht naar creatieve oplossingen, geschikte partners, mogelijke
huurders et cetera. Van belang is dat museum en bieb eind dit jaar een
realistisch en haalbaar plan op tafel hebben liggen, vindt Hatenboer.